De Hoge Raad verwerpt zonder nadere motivering (art 81 RO) het door de dochter van benadeelde ingestelde cassatieberoep. Het hof achtte de werkgever van een schilder die overleed aan blaaskanker na blootstelling aan kankerverwekkende stoffen voor 25% proportioneel aansprakelijk. Het hof oordeelde dat het verband tussen de gezondheidsschade en de… Lees verder →
Bekijk Actualiteiten en Archief.
Prejudiciële beslissing. Gebrekkig medisch hulpmiddel (art 6:77 BW). 1. De Hoge Raad oordeelt dat het plaatsen van een PIP-implantaat dat industriële siliconen bevatte, een tekortkoming oplevert in de nakoming van de geneeskundige behandelingsovereenkomst. 2. Die tekortkoming kan niet aan het ziekenhuis worden toegerekend. Redengevend hiervoor is volgens de Hoge Raad… Lees verder →
De Hoge Raad oordeelt dat, indien een zaak bij een geneeskundige behandeling in het lichaam van de patiënt wordt aangebracht die ten tijde van de behandeling “state of the art” was, het enkele feit dat de zaak op grond van naderhand opgekomen medische inzichten naar haar aard niet langer geschikt… Lees verder →
Verzekeringsrecht. Regresvordering tussen verzekeraars ex art. 7:961 BW. Medische aansprakelijkheidsverzekeraar die letselschade heeft uitgekeerd aan benadeelde neemt regres op verzekeraar bij wie aansprakelijkheidsverzekering liep op moment voorval. 1. Verjaring. De Hoge Raad oordeelt: Een regresvordering als bedoeld in art. 7:961 lid 3 BW ontstaat op het moment dat een verzekeraar… Lees verder →
Arbeidsongeval van uitzendkracht waarvoor inlener aansprakelijk is. Uitzendbureau is eigenrisicodrager voor de Ziektewet (art. 63a ZW) en zoekt regres op inlener ter zake van betaalde ZW-uitkeringen en re-integratiekosten. Kan inlener zich op verhaalsbescherming van art. 52b ZW beroepen? Het hof oordeelde een eigenrisicodrager in het kader van het regresrecht ex… Lees verder →
De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep tegen het arrest van het hof waarin aansprakelijkheid van de medebezitter van een paard werd afgewezen. Twee echtgenoten zijn bezitter van een paard. Tijdens een tocht met een koets, die wordt getrokken door het paard, raakt de man ernstig gewond door de gedragingen van… Lees verder →
Beantwoording prejudiciële vragen. De Hoge Raad oordeelt dat de werkgever geen verhaalsrecht heeft voor de doorbetaalde pensioenpremie, noch voor het werkgeversdeel, noch voor het werknemersnemersdeel. De Hoge Raad oordeelt dat het werkgeversgedeelte van de pensioenpremie niet valt onder het loonbegrip van art. 6:107a BW. Het werknemersgedeelte valt hier wel onder,… Lees verder →
De Hoge Raad oordeelt dat de Politie aansprakelijk is voor de schade die slachtoffers en nabestaanden hebben geleden als gevolg van de schietpartij in 2011 in Alphen aan de Rijn door Tristan van der V. De Hoge Raad oordeelt dat aan het relativiteitsvereiste van art 6:163 BW is voldaan; de… Lees verder →
Tussentijds hoger beroep/cassatie van beschikking in deelgeschil over kostenveroordeling en toepassing eigen schuld. 1. De Hoge Raad verklaart eiser niet ontvankelijk, omdat het hof geen verlof heeft verleend om tussen cassatieberoep in te stellen (r.o. 3.4). 2. De Hoge Raad overweegt ten overvloede: “Het hof heeft in deze zaak de… Lees verder →
De Hoge Raad heeft op 19 juli 2019 antwoord gegeven op prejudiciële vragen over aansprakelijkheid voor schade die het gevolg is van aardbevingen die zich in Groningen voordoen als gevolg van gaswinning. T.a.v. de aansprakelijkheid van de Nederlandse Staat is de Hoge Raad van oordeel dat de Staat in ieder… Lees verder →
De Nederlandse Staat is in zeer beperkte mate aansprakelijk in de zogenoemde zaak ‘Mothers of Srebrenica’. De Staat heeft volgens de Hoge Raad onrechtmatig gehandeld waar het de evacuatie betreft van 5.000 vluchtelingen betreft. Dutchbat heeft nagelaten aan 350 mannelijke vluchtelingen de keuze te bieden om daar achter te blijven,… Lees verder →
Art 6:174 BW, gebrekkig opstal, scheefstaande muur. Aanvang verjaring art. 3:310 lid 1 BW. De Hoge Raad oordeelt: “Het hof heeft als gebeurtenis waardoor de schade is veroorzaakt, aangemerkt de – sinds 1974 voortdurende – aanwezigheid van een oprit zonder grondkerende voorziening en de gronddruk die het gewicht van die… Lees verder →
De Hoge Raad oordeelt dat een gedetineerde die een jaar ten onrechte is onderworpen aan streng EBI-regime, heeft geen recht op smartengeld ex art. 6:106 lid 1, aanhef en onder b, BW). De Hoge Raad oordeelt dat weliswaar sprake is van schending van een fundamenteel recht, maar dat onvoldoende is… Lees verder →
Het begrip ‘consument’ is een objectief begrip. Niet van belang is over welke concrete kennis of informatie de betrokken persoon beschikt. Hier gaat het om een natuurlijke persoon die als zelfstandig ondernemer een beroep of bedrijf uitoefent en een verzekering afsluit met het doel bij arbeidsongeschiktheid in vervangend inkomen te… Lees verder →
De HR volgt het parket zonder motivering met een beroep op art. 81 RV. De beperkte bewijskracht van een partijgetuigenverklaring bij een bewijsrisico voor die partij niet als deze strekt tot aanvulling van onvolledig bewijs, art. 164 lid 2 Rv. Dit is een uitzondering op de bewijsrechtelijke uitgangspunten dat bewijs… Lees verder →
De destijds veertienjarige zoon van eisers heeft de toen vijftienjarige dochter van verweerster doodgestoken, opgehitst door anderen. De rechtbank achtte de ouders als vertegenwoordiger van de zoon en daarnaast voor zichzelf aansprakelijk. Het hof oordeelde in beroep dat deze geen belang hebben bij het beroep omdat zij hetzij als vertegenwoordiger… Lees verder →
De mediationovereenkomst brengt mee dat eventuele in het kader van de mediation gemaakte afspraken niet bindend zijn, tenzij is voldaan aan de daaraan in de mediation overeenkomst uitdrukkelijk overeengekomen vereisten. Dit strookt met het niet verplichtende en vrijblijvende karakter van de mediation, dat meebrengt dat partijen van door hen gedane… Lees verder →
Op grond van art. 69 Barp droeg een politieagent aan zijn werkgever zijn vordering op een derde over tegen betaling van het bedrag van de vordering. Deze vordering was het gevolg van een veroordeling daartoe van de derde door de strafrechter. De praktijk wees uit dat slechts 28% van dergelijke… Lees verder →
Loon is alles, tenzij er sprake is van een specifieke situatie die buiten de dienstbetrekking gelegen is. Tot 1 januari 2011 gold op dit uitgangspunt een inbreuk door vergoedingen die naar algemene maatschappelijke opvattingen niet als beloning worden ervaren. Daarvan is hier sprake. Lees verder →
Nu verzekeraar het beroep in cassatie heeft ingetrokken, gaat het in dit geding alleen nog om het verzoek van [verweerder] tot begroting van zijn kosten in cassatie op de voet van art. 1019aa Rv, althans volgens het liquidatietarief, en veroordeling van Achmea in die kosten. Hoger beroep tegen de beschikking… Lees verder →
Werknemer is bij het verrichten van werkzaamheden werkgever - leverancier van kleurenmengsystemen- blootgesteld aan oplosmiddelen. Hij stelt als gevolg van de blootstelling te lijden aan OPS en acht de werkgever aansprakelijk. De kantonrechter nam aan dat sprake was van OPS, maar oordeelde dat de werkgever niet was tekortgeschoten in zijn… Lees verder →
Benadeelde heeft letsel opgelopen bij opzettelijk veroorzaakte aanrijding. In strafzaak is beroep op noodweer gehonoreerd. Het hof heeft voor recht verklaard dat de WAM-verzekeraar voor 75% aansprakelijk is. 1. De Hoge Raad oordeelt dat Indien een verklaring voor recht wordt gevorderd dat aansprakelijkheid bestaat voor schade, de rechter ervan dient… Lees verder →
Onteigeningsrecht. Door de rechtbank is het verzoek van eisers afgewezen om de deskundige te vervangen, omdat deze niet onpartijdig zou zijn. De Hoge Raad stelt voorop dat onder bepaalde omstandigheden een gebrek aan onpartijdigheid aan de zijde van een door de rechter benoemde deskundige, een schending kan meebrengen van het… Lees verder →
De Hoge Raad oordeelt in een zaak waarin wanprestatie is gepleegd (geen letselschadezaak): . “Volgens vaste rechtspraak is voor vergoeding van kosten ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid als bedoeld in art. 6:96 lid 2, aanhef en onder b, BW, vereist dat: (a) condicio sine qua non-verband bestaat tussen de… Lees verder →